terug Code voor foto:
bovenrand bovenrand

English Tips voor kamperen met de motor Nederlands

onderrand verboden voor auto's verboden voor auto's Naar menu
Motor, vanuit tent gezien
Uitzicht vanuit de tent

Op vakantie op de motor, met een tentje bij je, is de ultieme vrijheid. Maar hoe kies je een tent uit, hoe krijg je al die spullen mee, en wat voor koffers en tassen moet je allemaal aanschaffen? Hoe vind je een leuk plekje en wat komt er allemaal bij kijken?

Hier wat tips over wat je nodig hebt voor een kampeervakantie op de motor.

 

english  There is a version in English of this page:
http://www.lazymotorbike.eu/tips/camping/

 

Op deze pagina:

Waarom kamperen op de motor?

De motor staat voor vrijheid: met de motor op vakantie betekent dat je die vrijheid ten volle kunt benutten.
Als je je tent en slaapzak meeneemt, kun je 's nachts de buitenlucht blijven doorademen, en die buitenlucht, dat is één van de aantrekkelijke kanten van het motorrijden.

Kortom, kamperen is gewoon leuk, en past prima bij een vakantie op de motor.

Als je van te voren helemaal zeker weet dat je elke nacht in een hotelletje zult doorbrengen, kun je je tent en slaapzak natuurlijk thuislaten, maar anders is het heel handig om je kampeerspullen bij je te hebben: je breidt de keuze qua overnachtingsplek op die manier enorm uit, en desnoods kun je je tentje langs de kant van de weg opzetten als je geen andere plek kunt vinden.

 

Bagage

Als je gaat kamperen zul je minimaal een tent, een slaapzak en een matje bij je moet hebben. Je zult dus iets moeten verzinnen om spullen mee te nemen op de motor.

Wat is er zoal, en hoe kies je iets dat geschikt is voor je motor? Waar moet je op letten?

Tanktas

Bagagerol

Zijtassen

Koffers

Aluminium koffers

En verder

 

Bagage: Tanktas

Een tanktas is handig voor kostbare spullen, die je bij de hand wilt hebben (papieren, fototoestel). Bovendien kun je er reisgidsen en kaarten in kwijt, iets te eten voor onderweg (pas op voor smeltende chocola), pennen, zonnebrillen, een leesbril, enzovoort enzovoort.

Kaartvak

Zoek een tanktas uit met een goed kaartvak: eentje waarin de kaart beschermd zit tegen de regen, en dat groot genoeg is om een flink deel van de kaart te laten zien. Vreemd genoeg zijn dat beslist geen vanzelfsprekende eigenschappen voor een tanktas.

Gewicht

Een tanktas neem je mee als je ergens de stad in gaat of op een terrasje gaat zitten: het is de handigste manier om je kostbare spullen bij je te houden. Tanktassen met magneten hebben daarbij het voordeel dat je ze makkelijk optilt, maar het grote nadeel dat die magneten flink veel wegen. En als je ook al je helm en handschoenen moet meesjouwen kun je dat extra gewicht niet echt gebruiken.

Als je toch een magneettas kiest, let er dan op dat het sterke magneten zijn. Er zijn enorme verschillen wat dat betreft, en veel tanktassen waaien gewoon van je motor als je over de snelweg rijdt en het waait een beetje.
Misschien ten overvloede: stop *geen* bankpasje in je tanktas, bij de magneten in de buurt!

Tanken

Als je gaat tanken moet je de tanktas zo gemakkelijk mogelijk uit de weg kunnen halen. Het magneetsysteem is in dat opzicht natuurlijk ideaal (als je een stalen tank hebt), maar er zijn andere systemen (haakjes van voren om de tank heen, en een kliksysteem dat je alleen maar los hoeft te klikken aan de kant van de zitting bijvoorbeeld) die je ook zonder veel moeite van de tank kunt halen.

Afmetingen

Belangrijk is dat een tanktas, wanneer hij gevuld is, je stuuruitslag niet al te veel in de weg zit: dat is iets om bij aanschaf goed te controleren.
Verder zitten veel tanktassen zo in elkaar dat je ze in principe tot heel hoog kunt uitbouwen (en vullen), maar dat je daar geen last van hebt als je minder bij je hebt. Soms is dat een kwestie van gewoon naar beneden drukken; soms is er een ingenieus systeem met ritsen dat ervoor zorgt dat je tanktas laag blijft.

Kleine tasjes aan de zijkanten zijn ideaal (pennen, zonnebril), en ook een netje waar je spullen zichtbaar achter kunt houden is heel plezierig.

Regen

De meeste tanktassen zijn niet waterdicht (zie de links hieronder voor een uitzondering), maar doorstaan een regenbuitje prima.
Het kaartvak moet liefst wel waterdicht zijn.

Vaak kun je een waterdichte hoes kopen voor om je tanktas in de regen. De ervaring die ik daarmee heb is dat de wind eronder komt, en die hoes zo laat opbollen dat je hem verliest, of hem er toch maar weer afhaalt.
Het kan zijn dat er uitzonderingen op zijn, maar hecht in principe dus niet te veel belang aan het al dan niet aanwezig zijn van zo'n hoes. Waterdichte zakjes kopen voor wat echt niet vochtig mag worden is handiger.

Waar te vinden?

Motorzaken hebben meestal een behoorlijke keuze aan tanktassen. Hier een paar links van tanktassen die je niet vaak ziet bij motorzaken:

 

Bagage: Bagagerol

Het handige van een bagagerol is dat er veel in kan, dat ze waterdicht zijn (als je een goeie koopt), dat ze stevig zijn en lang meegaan (als je een goeie koopt), en dat er niets aan de hand is als je een keertje valt.

Ze passen bovendien op elke motor: je maakt ze vast met spanbanden.

Materiaal

Bagagerollen worden voor allerlei toepassingen gemaakt. Voor op de motor heb je het stevigste materiaal nodig dat er maar is: je moet zo'n bagagerol flink kunnen aansnoeren met spanbanden, en ze moeten tegen een valpartij bestand zijn. Als je een bagagerol wilt die langer dan één vakantie meegaat, koop dan niet de eerste de beste goedkope aanbieding die je kunt vinden.

Let er ook op dat de rol absoluut waterdicht is: als je je slaapzak erin hebt, of je kleren, is het laatste dat je kunt gebruiken, wanneer je je tent hebt opgezet in de stromende regen, dat je spullen nat zijn. Het materiaal, de naden en de sluiting moeten gegarandeerd waterdicht zijn.

Inpakken en bevestigen

Hoe minder je bagage kan bewegen op de motor, hoe minder last je er van hebt. Een bagagerol zit daarom het beste wanneer je hem stevig inpakt, en zo oprolt en vastmaakt dat de inhoud niet meer verder op te proppen is. Dan heb je een stevig pakket waar geen beweging in zit, en dat kun je dan met spanbanden zo op je motor bevestigen dat er ook geen beweging is te krijgen in het hele pakket.

Details

Het is handig als er een handvat of een draagriem aan de bagagerol zit, zodat je niet het hele ding onder je arm hoeft te nemen.
Voor bevestigen op je motor heb je lussen of ogen nodig, waar je de spanbanden doorheen kunt halen.

De sluiting moet liefst zo zijn dat je de inhoud stevig aan kunt drukken. De meeste bagagerollen hebben een rolsluiting aan de korte kant; die zijn ideaal wat dat betreft.
Er zijn er ook met een sluiting overdwars. In die rollen kun je gemakkelijker bij de inhoud, maar het is lastiger om van zo'n rol een stevig pakketje te maken.

Bagagerollen kun je over het algemeen niet op slot doen. Hou dus een beetje in de gaten waar je bent, als je ze op de motor laat zitten. Op de meeste plaatsen kun je ze gemakkelijk laten zitten, zeker als het door de spanbanden een beetje ingewikkeld is om ze los te halen, en als de bagage er zo vast ingepropt zit dat je het er niet zomaar uitkrijgt.

Waar te vinden?

Bagagerollen zie je soms bij motorzaken, maar je maakt een betere kans bij buitensportwinkels. Let - in beide gevallen! - wel goed op het materiaal en de uitvoering: lang niet alle bagagerollen zijn bestand tegen een motorvakantie, en al helemaal niet tegen meerdere.

 

Bagage: Zijtassen

Op choppers zijn "saddlebags" (vaak van leer) een heel normaal verschijnsel, en motorrijders die op hun sportmotor op vakantie gaan hebben ze ook wel eens (synthetisch in dat geval), maar eigenaren van motoren waar je ook koffers op kunt bevestigen vergeten meestal dat zijtassen ook een mogelijkheid zijn.

Voordelen

Toch hebben ze enorme voordelen: ze zijn veel lichter in gewicht dan welke koffer dan ook, en als je ze niet nodig hebt kun je ze in je tanktas proppen. Als je valt kunnen er geen stukken van af springen, en ze zullen nooit bijdragen aan het kromtrekken van je frame, zoals dat met solide koffers gemakkelijk kan gebeuren.
Bovendien zijn ze veel goedkoper dan koffers, zodat je veel gemakkelijker kunt experimenteren wat voor jou het beste werkt.

Lees bijvoorbeeld waarom Ted Simon besloot zijn Bernd Tesch koffers te vervangen door een stel zijtassen (Expedition bags van Andy Strapz, zie hieronder), in zijn journal.

Waar op letten?

Wat het materiaal betreft geldt hetzelfde als voor bagagerollen: zo stevig mogelijk. Er bestaan waterdichte zijtassen, maar de meeste zijn niet echt waterdicht: slaapzakken en dergelijke moet je dus liefst in een waterdicht hoesje stoppen.
Wat de bevestiging op je motor betreft: soms zijn er maatregelen nodig om ervoor te zorgen dat de tas de uitlaat niet raakt. Het hangt van je motor en de betreffende tas af of je hem zondermeer kunt bevestigen, of dat je er een rekje voor nodig hebt. Het is een kwestie van uitproberen, of in huis halen en experimenteren.

Wat op slot doen betreft, geldt hetzelfde als voor bagagerollen: dat is over het algemeen niet mogelijk. Soms kun je wel iets bedenken met een slotje aan een metalen draad die je strak trekt om een tas heen.

Waar te vinden?

Leren zijtassen voor choppers kun je vaak wel in motorzaken vinden; wat andere zijtassen betreft wordt dat moeilijker.

 

Bagage: Koffers

Bij sommige motoren kun je koffers kopen die speciaal voor die motoren zijn gemaakt; daarnaast heb je allerlei merken die standaard koffers leveren, met rekjes voor allerlei motoren.

Voordelen

Koffers hoef je niet met spanbandjes vast te sjorren, maar kun je aan een rek bevestigen (wat soms trouwens minstens zo lastig is als die spanbandjes). Je spullen zitten droog (nou ja, in sommige koffers: reken er niet op dat ze waterdicht zijn), en veilig (als ze op slot kunnen).
Sommige koffers (zoals de koffer op de foto) hebben een deksel waar spullen in passen, waardoor je onderweg gemakkelijk overal bij kunt komen, en je je spullen goed kunt verdelen over beide koffers en beide deksels.

Nadelen

Koffers zijn zwaar: al heb je er niets inzitten, dan hangt er al gewicht aan je motor. De vorm van veel koffers is zo dat het lastig is het aantal liters dat ze volgens de specificaties bieden, volledig te benutten.
Een ander nadeel is de relatieve kwetsbaarheid: als je valt, zit er al gauw een gat in een koffer, of breekt de ophanging.

Een nog groter nadeel is dat koffers vaak zo ver naar buiten uitsteken dat je er echt last van hebt tijdens het rijden: je kunt lastiger tussen de file door, en je merkt dat het bochtengedrag minder wordt.

Waar op letten?

De kwaliteit van koffers hangt vooral ook af van de kwaliteit van het rek: als er beweging in kan komen, en het rek niet slim aan de motor bevestigd is, gaan de koffers je erg in de weg zitten bij bochtenrijden.
Let goed op dat koffers aan het rek niet te ver naar buiten steken: dat is niet plezierig rijden.

Kijk of je de koffers gemakkelijk van je motor kunt halen: als je op een camping staat is het veel prettiger om zonder koffers te rijden.
Koffers moet je liefst op slot kunnen doen, en liefst ook op slot aan de motor kunnen bevestigen. Als koffers gegarandeerd waterdicht zijn is dat natuurlijk heel plezierig.

Waar te krijgen?

Koffers zijn goed verkrijgbaar bij motorzaken.

  • Givi is een bekend merk voor koffers.
  • Hepco & Becker hebben ook veel koffers, waaronder koffers met het uiterlijk van aluminium, met de voordelen van kunststof koffers.

 

Bagage: Aluminium koffers

Doordat wereldreizigers, die veel mee moeten nemen, nogal eens met aluminium koffers gesignaleerd worden, geven deze koffers aan veel mensen het idee van "avontuur". Je ziet ze dan ook heel vaak op motoren die verkocht worden door zo'n zelfde gevoel van avontuur op te roepen: de reis-enduro's (jaja, ik ken de aantrekkingskracht uit eigen ervaring).
Maar wat zijn de voor- en nadelen?

Voordelen

Het grote voordeel van aluminium koffers is gewoon dat ze groot zijn, dat ze veel inhoud hebben. Voor sommige mensen is het een voordeel dat je ze van bovenaf inpakt (en dus niet, zoals bij koffers, twee helften inpakt); dat heeft wel weer als bijpassend nadeel dat je alleen maar bij de bagage kunt die je bovenin hebt gestopt.
Een ander voordeel van aluminium koffers is dat je ze als krukje kunt gebruiken, als ze daar tegen bestand zijn (informeer daar wel naar!).

Nadelen

Het nadeel van die enorme ruimte is dat de koffers erg groot zijn. Meestal zullen die koffers het eerste zijn dat aan de grond komt, in een bocht.
De grootte van de koffers zorgt er ook voor dat je gemakkelijk veel meeneemt. Veel betekent al snel zwaar, en hoe meer gewicht er aan je motor hangt, hoe meer je ervan zult merken.

Een ander nadeel is, vreemd genoeg misschien, het gebrek aan stevigheid. Je koffers zullen bij een valpartij gemakkelijker beschadigen dan kunststof koffers, en je zult zo ook het rek, of, erger, je frame forceren. Bovendien kunnen die koffers je benen op een nare manier in de weg zitten bij een valpartij.

Waar op letten?

In de eerste plaats: denk goed na of je de ruimte nodig hebt. Is dat niet het geval, dan zijn aluminium koffers niet de handigste oplossing. Maar goed, je kunt ze natuurlijk ook gewoon kopen omdat ze er zo avontuurlijk uitzien.

Kijk altijd hoe breed de koffers worden aan het rek op je motor. Net als bij "gewone" koffers is het rek heel belangrijk. Bij deze koffers nog meer omdat ze door hun afmetingen behoorlijk zwaar beladen kunnen worden. Er mag geen beweging in het rek komen, ook niet bij zware belading.

Kijk naar de afwerking aan de binnenkant: kun je je spullen er zo in kwijt (als er niets over het aluminium zit wordt wat er tegenaan zit zwart) of heb je binnentassen nodig? Hoe zit het met de waterdichtheid?
Kun je de koffers afsluiten, en vooral: kun je ze gemakkelijk van de motor halen als je je tent hebt opgezet en nu wel eens zonder koffers wilt rijden?

Waar te krijgen?

Aluminium koffers kun je (nog) niet in elke motorzaak krijgen. Het is het handigste om te vergelijken op het web, te mailen, en te vragen of je ze ergens kunt bekijken.

  • De Alu Koffer site van Carlos (in het Duits) is een goede start voor het vergelijken en vinden van adressen.
  • Touratech heeft aluminium koffers voor een aantal motoren.
  • Bernd Tesch maakt koffers, en last het rek erbij op maat voor elke motor.
  • Al Jesse is een Amerikaanse bouwer van aluminium koffers.
  • Aro Motoren, is een Nederlandse bouwer en verkoper van aluminium koffers.

 

Bagage: En Verder

Verder heb je natuurlijk nog allerlei mogelijkheden voor bagage:

Topkoffers

Topkoffers worden heel veel verkocht: het lijkt zo handig om die altijd op je motor te hebben, voor je slot en je helm bijvoorbeeld.
De foto hiernaast laat goed zien waarom topkoffers een minder goed idee zijn: ze zitten heel ver naar achteren op je motor. Dat betekent dat je er veel last van hebt in de bochten (zeker wanneer wat erin zit ook nog heen en weer kan schuiven, en zeker wanneer je er veel in stopt zodat het zwaar wordt). Bovendien kan een topkoffer zo meehelpen om het voorwiel te licht te maken, en dat kan leiden tot een tankslapper, waarbij je stuur wild heen en weer zwaait (*als* dat gebeurt: al je gewicht op dat stuur zetten).

Zijtassen aan de tanktas

Ik heb ze nooit nodig gehad, en nooit uitgeprobeerd. Mocht je de extra ruimte nodig hebben, probeer ze dan beslist uit op je motor: als ze je in de weg zitten bij langzaam manouvreren is dat een sterk argument tegen: dat is toch al extra lastig met een zwaar beladen motor.

Spanbanden enzo

Altijd goed om bij je te hebben: extra spanbanden. Spinnen (die elastische dingen met een haak aan beide uiteinden) zijn ook handig voor het vastmaken van je bagage, maar gebruik die alleen voor minder zware zaken (een fles water achterop de bagagerol bijvoorbeeld): je wilt niet dat het elastiek knapt, ergens halverwege de Grimselpas.

 

Wat neem je mee?

Antwoord nummer één op de vraag "Wat neem je mee?" is: "Zo weinig mogelijk!". Kijk bijvoorbeeld op www.onebag.com, the art and science of travelling light, voor ideeën daarover.
Probeer bij elkaar te houden wat bij elkaar hoort, en maak zo een lijstje van wat je mee wilt nemen:

Kookspullen

Als je van plan bent om zelf te koken, of op z'n minst zelf koffie te zetten, probeer dan brandertje (zie verderop), pannetje(s), bekers, bord, bestek, instantkoffie, instantmaaltijden en dergelijkebij elkaar te houden.

Kleren

Vooral ook voor kleren geldt: zo weinig mogelijk, en zo weinig mogelijk volumineus.
Een probleem wat motorkleding betreft als je naar het zuiden trekt en daarbij door de Alpen of de Pyreneeën komt, is dat je op warm weer moet zijn ingesteld (leren jack en broek dus liefst), terwijl het bovenop koud en nat kan zijn. Het is het handigst om een dun regenjack en dunne regenbroek mee te nemen (voor op de fiets bijvoorbeeld) die je over je leren jack en broek aantrekt. Bescherming hoeft die extra regenkleding je tenslotte toch niet te bieden. Op die manier ben je tegen de kou (daar helpt een niet-ademend waterdicht laagje uitstekend tegen) en de nattigheid gewapend, zonder dat het je veel extra ruimte kost.
Vergeet ook niet om een fleece vest of trui mee te nemen!

Wandelschoenen als motorlaarzen gebruiken heeft het voordeel dat je verder hoogstens nog slippers mee hoeft te nemen voor aan je voeten. Wat ondergoed, zwemspullen, een extra T-shirt, broek en een handdoek nemen verder niet zo veel ruimte in. Probeer niet zoveel mee te nemen dat je elke dag iets schoons aan kunt trekken zonder te hoeven wassen! Je kunt best een paar dagen hetzelfde aan, en wassen kan overal.
Wasknijpers zijn handig om bij je te hebben als je je was wilt drogen en het stormt...

En verder

Kaarten, reisgidsen, taalgidsjes, notitieboekje, pennen en dergelijke zijn handig (en leuk!) om mee te nemen.
Wat gereedschap betreft: als je een inbussleutel, een bougiesleutel, een sleuteltje 10/11, een sleutel 12/13, een kruiskopschroevendraaier, een gewone schroevedraaier, ijzerdraad, een flinke hoeveelheid ductape (gaffertape) en een combinatietangetje bij je hebt kom je een heel eind. Als je nooit sleutelt, zoek dan een taalgidsje waar wat technische termen voor motoren in staan: dat kan veel schelen wanneer je je bij een garage verstaanbaar probeert te maken.
En denk eraan om een zaklantaarn in te pakken. Een ledlampje voor op de fiets is handig om bij te lezen, en verbruikt bijna geen batterijen.

En dan zijn er natuurlijk nog de tent, het matje en de slaapzak. Gebruik een compressiezakje (te koop in buitensportwinkels: je kunt spullen erin proppen, en dan aansnoeren tot een zo klein mogelijk volume) voor de slaapzak; ook voor de tent kun je die gebruiken.

Paspoort, rijbewijs, groene kaart, credit-card, kaartje van je ziektekostenverzekering, kaartje van de ANWB, en geld mee in je portomonnee, en je bent klaar om te gaan...

Als je van lijstjes maken houdt, is deze Motorcycle trip check list een goed begin.

 

Inpakken

Gewicht moet op je motor liefst zo dicht mogelijk bij het zwaartepunt liggen. Vandaar dat topkoffers niet handig zijn. Een tanktas zit wat dat betreft weer heel gunstig: dat is de perfecte plek voor kaarten, boeken en gidsen. Als het er te veel zijn kun je wat je niet gebruikt in een koffer of zijtas kwijt.
Vanwege het gewicht is de tanktas ook een goede plek voor het gereedschap.

Kookspullen

Je kookspullen probeer je bij elkaar in een koffer of een zijtas te stoppen. In het deksel van de koffer (of ernaast, in de zijtas) kun je EHBO-spullen kwijt (overdrijf dat niet), samen met je toilettas.

Kleren

Je kleren kun je ergens diep in een bagagerol wegstoppen: die pak je toch alleen maar uit als je ergens bent neergestreken. Hou wel een fleece en je regenspullen apart, en stop die bovenin een bagagerol, of in het deksel van een koffer: zo, dat je er onderweg bij kunt.

Tent, slaapzak en matje

Tent, slaapzak en matje zijn het handigst te verpakken in een bagagerol. Bewaar de tentstokken voor het laatst, en prop die tussen de rest van de spullen (naast een matje lukt dat het best). Op die manier kun je de bagagerol het handigst zo inpakken dat er een stevig pakket ontstaat waar geen beweging in zit.
Voor zowel de tent als de slaapzak geldt dat oprollen of opvouwen niet de beste methode is voor de levensduur. Het is een beetje "counter-intuitive", maar in beide gevallen gaan je spullen het langst mee als je ze in elkaar propt. Je kunt een compressiezakje gebruiken om het volume zo klein mogelijk te krijgen; je moet er alleen wel aan denken dat je de tent en de slaapzak daar weer uithaalt als je thuis bent.

En verder

Water (in de vorm van een plastic fles met Spa die je bij elk benzinestation kunt kopen) kun je prima met een spin aan de bagagerol vastmaken. Extra benzine heb je eigenlijk nergens nodig, tenzij je heel extreme dingen gaat doen zoals de Sahara doorkruisen.

 

Tent

Wat tenten betreft: tenten met rechte stokken (éénstoks- of tweestoks) kunnen er prachtig uitzien, maar hebben relatief veel haringen nodig, en je zit altijd met die stokken die in de weg zitten. Verreweg het meest verkocht en het meest praktisch op dit moment zijn tunnel- of koepeltenten.

Tunnel of koepel?

In principe biedt een tunneltent bij hetzelfde gewicht en pakvolume meer ruimte dan een koepeltent. Gewicht is niet zo gauw een probleem op de motor; pakvolume wel.
Een ander voordeel van een tunneltent boven een koepeltent is dat een tunneltent gemakkelijker en sneller is op te zetten.

Handig van een koepeltent is weer dat hij in principe zonder haringen kan staan (en dat je er sowieso minder nodig hebt), en dat er meer mogelijkheden voor ventilatie zijn. Dat je in principe geen haringen nodig hebt komt erg van pas als je kampeerplekje op rotsig terrein blijkt te liggen.

Ventilatie

Ventilatie is altijd belangrijk, ongeacht of je naar warme of koude streken gaat: anders wordt alles nat van de condens. Je moet liefst zo kunnen ventileren dat er geen muggen binnen kunnen komen.
Ventileren gaat pas echt goed als je iets aan de voorkant, aan de achterkant en aan de bovenkant kunt openzetten.

Stokken aan binnen- of buitentent

Er zijn grofweg twee systemen voor koepel- en tunneltenten: stokken die aan de binnentent bevestigd zijn, of stokken die aan de buitentent vastzitten. Bij beide systemen gaat het vastzetten soms met een gemakkelijk kliksysteem; meestal lopen de stokken door een tunneltje.

Het voordeel van de stokken aan de binnentent, is dat je de binnentent los kunt opzetten. Als het heel erg warm is bijvoorbeeld.
Het voordeel van stokken die aan de buitentent vastzitten, is dat je de binnentent niet in de stromende regen hoeft op te zetten wanneer dat nou eenmaal het geval is. Soms kun je zelfs de binnentent gewoon aan de buitentent vast laten zitten, en de tent in één keer opzetten. Veel opzetgemak dus, en geen probleemen meer als je de tent moet opzetten of afbreken in de regen.

Wat je ook kiest, check of de stokken van aluminium zijn. Fiberglas stokken zijn goedkoper, maar gaan erg gemakkelijk kapot. Dat je niet lang doet met een goedkope tent is niet zo'n probleem, maar als die stokken kapot gaan tijdens je vakantie heb je wel een groot probleem.

 

Waar verder op letten?

Ritsen die je zowel van boven als van onderen kunt gebruiken zijn erg handig.
Koop een ruime tent: minimaal een driepersoons wanneer je met z'n tweeën bent, of een tweepersoons wanneer je in je eentje kampeert. Je kunt je spullen dan gewoon in de binnentent zetten. Een luifel aan voor- en/of achterzijde creëert nog meer ruimte voor je spullen.
Koop het plastic voor onder je tent bij een tentenspeciaalzaak: dat is speciaal plastic zonder weekmakers (dat je grondzeil zou aantasten). Vouw dat plastic aan de randen naar onderen, zo dat het nergens onder de tent uitsteekt. Dan loopt de regen niet over het plastic heen onder je grondzeil door: bijna geen enkele tent is daar tegen bestand.

En de prijs?

Tenten kunnen enorm in prijs verschillen. Dat ligt aan de gebruikte materialen, aan "slimmigheidjes", aan de hoeveelheden waarin de tent geproduceerd wordt, aan het land waar dat gebeurt, aan de service die verleend wordt, enzovoort.
Over het algemeen betaal je (veel) extra voor gewichtsbesparing bij een gelijk oppervlak. Voor wandelvakanties is dat gewicht erg belangrijk; op de motor is dat veel minder een punt. Verder worden erg dure tenten meestal gemaakt door kleine firma's die experimenteren, en zo materiaalgebruik en dergelijke steeds vernieuwen. Je betaalt dan als het ware mee aan de ontwikkelingen op tentengebied. Dat is een uitstekend idee als je er het geld voor hebt, maar je moet niet denken dat je alleen met de duurste tenten op stap zou kunnen.

Als je begint met kamperen, of met motorvakanties met een tent mee, ben je het beste uit met een niet te dure tent: je kunt er toch alleen maar al kamperend achter komen wat voor jou belangrijke wensen zijn.
Er zijn tentenzaken waar modellen van vorige jaren voor zachte prijsjes te koop zijn. Dat zijn prima zaken om een eerste tent uit te kiezen.
Je moet niet de illusie hebben dat je die eerste keer meteen een tent kunt kopen waar je de rest van je leven mee zult doen.

Waar te koop?

Je kunt terecht in kampeerhallen, waar je uitloopmodellen kunt krijgen voor een zacht prijsje, of in buitensportzaken, waar de nieuwste modellen zijn, en waar je over het algemeen hele goeie uitleg kunt krijgen over verschillende tenten. Hier van beide een voorbeeld:

 

Slaapzak en matje

Een ideale slaapzak is warm als je naar het noorden gaat, koel als je naar het zuiden gaat, en heeft een zo klein mogelijk pakvolume.

Dons of synthetisch?

Donzen slaapzakken voldoen bijna aan het ideaal: ze zijn licht, hebben een klein pakvolume, en zijn in een grote temperatuurrange te gebruiken. Ganzendons is warmer dan eendendons: je hebt er minder van nodig, dus gelden de voordelen in sterkere mate voor ganzedons dan voor eendendons.
Dons wordt aangevuld met veertjes. Het percentage zegt hoeveel dons er tussen de veertjes zit. Hoe hoger het percentage, hoe minder materiaal er nodig is, en hoe lichter de slaapzak kan zijn.

Het grote nadeel van dons is dat het totaal niet meer functioneert als het nat of vochtig is. Synthetische slaapzakken blijven wel goed isoleren als ze een beetje nat zijn geworden, en dat kan op kampeervakanties een enorm voordeel zijn.
Een ander voordeel is dat ze stukken goedkoper zijn dan een donzen slaapzak. Een synthetische slaapzak heeft ook veel minder te lijden van langdurig in een compressiezak opgesloten zitten.

Mummie- of dekenmodel?

Een mummiemodel slaapzak voldoet meer aan het ideaal: met minder pakvolume en minder gewicht dan een dekenmodel slaapzak heb je dezelfde hoeveelheid warmte.
Een dekenmodel slaapzak heeft een aantal andere voordelen: je kunt er twee aan elkaar ritsen om een tweepersoonsslaapzak te krijgen (n.b. dat kan ook met sommige mummieslaapzakken!); je kunt er eentje aan een stuk fleece ritsen voor een tweepersoonsslaapzak met extra isolerende onderkant, en je kunt de slaapzak ook als een dekbed gebruiken, als het warmer is.

Temperatuur?

De miminumtemperatuur die vaak wordt opgegeven bij slaapzakken is zo ongeveer de temperatuur waarbij je niet doodvriest. Denk dus niet dat je bij die temperatuur comfortabel in je slaapzak zult liggen.

Ook de "comforttemperatuur" die soms vermeld staat, biedt niet echt soelaas: die ligt *te* verschillend van persoon tot persoon om er iets aan te hebben (ik moet er bijvoorbeeld een graad of tien bij optellen).
Een slaapmuts (nooit geprobeerd) schijnt te helpen om warm te blijven 's nachts. Het klopt wel, want het grootste gedeelte van je lichaamswarmte verdwijnt via je hoofd (en nek).

Het is eigenlijk onmogelijk om behalve zo'n aanduiding van niet-doodgaan objectieve aanduidingen te geven voor de temperatuurrange waarbij een slaapzak comfortabel is: dat ligt nou eenmaal heel erg verschillend van persoon tot persoon.
Het beste advies is dus om niet meteen met een dure slaapzak te beginnen: gewoon iets simpels aanschaffen, en dan al kamperend er achter komen wat jouw wensen zijn.

Matjes

Het optimum wat pakvolume en comfort betreft zijn toch wel de self-inflatable matjes. Stel je van dat self-inflatable niet al te veel voor: als ze lang stijf opgerold hebben gezeten hebben ze na een uurtje wel wat lucht opgenomen, maar meestal moet je er nog wel iets bijblazen. De hoeveelheid lucht die je moet bijblazen is niet te vergelijken met wat er in een luchtbed gaat: een pompje hoef je beslist niet mee te nemen.
Als je weer thuisbent: ventieltje open, uitrollen, en op die manier (onder je bed bijvoorbeeld) bewaren: dan gaan ze veel langer mee.

 

Koken

Om te kunnen koken als je kampeert heb je niet perse een brandertje nodig: in Scandinavië bijvoorbeeld mag je in principe altijd een vuurtje stoken, en in veel landen (Spanje bijvoorbeeld) vind je op veel plekken barbecues die door iedereen gebruikt kunnen worden.

Brandertjes zijn er voor allerlei brandstoffen; de meest gangbare zijn gas en benzine.

Brandertjes op gas

Koken op gas is verreweg het gemakkelijkst. De gastankjes kun je (bijna) overal krijgen. Het probleem zit hem in dat "bijna": Scandinavië bijvoorbeeld is een uitzondering. Als je daar naar toe gaat ben je gedwongen extra gastankjes mee te nemen.
Een ander nadeel kan de tijd zijn die je kwijt bent met koken: de brandertjes die geschikt zijn voor een motorvakantie (met klein volume dus) doen er behoorlijk lang over: meer dan tweemaal zo lang als de gemiddelde benzinebrander. Er zijn uitzonderingen op deze regel, maar dat zijn duurdere brandertjes die op speciale gasmengsels lopen. Informeren dus bij een buitensportzaak.

Brandertjes op benzine

Het handige van benzine is dat het overal te krijgen is en dat je het altijd bij je hebt. Aan de andere kant: als je (altijd ongelode!) benzine gebruikt in je brander ontstaat er een hele zwarte kleverige roet, die je nauwelijks weg kunt krijgen. Veel handiger is het om Coleman fuel (of wasbenzine) te gebruiken: dat brandt veel schoner.
Maar voor noodgevallen is die aanwezigheid van benzine handig.

Benzinebranders moet je voorverwarmen. Een kleine demonstratie in een buitensportzaak (dat doen verkopers graag: spelen met vuur vindt iedereen leuk) zal je laten zien hoe het moet: moeilijk is het niet. Punten om op te letten: regelbaarheid (bij de MSR Whisperlite, klein en handig, is dat min of meer aan of uit), en geluid (de MSR Whisperlite heet niet voor niets zo: daarin onderscheidt deze brander zich van andere benzinebranders).

Verder

Spiritusbranders worden in Scandinavië nog steeds veel gebruikt. Ze zijn in Nederland ook wel te koop. Spiritusbranders zijn niet goed te regelen, en je kunt er geen spiritus van de drogist in gooien (daar is water aan toegevoegd). Je moet dus voor brandstof naar de buitensportzaak.

Eten

Ter plekke eten kopen is natuurlijk verreweg het leukst. Neem in dat geval wel op z'n minst zout en peper mee.
Voor onderweg zijn kant-en-klaar maaltijden erg handig. In buitensportzaken vind je een enorme hoeveelheid, meestal heel dure maaltijden. Die zijn bedoeld voor wandelaars die op elk grammetje moeten letten, wat dragen betreft. Voor motorrijders is een Struikmaaltijd uit de supermarkt prima.
Ook oploskoffie is natuurlijk handig: in supermarkten kun je die in eenpersoonszakjes krijgen (de espresso is erg lekker).

Eetgerei

Een of twee pannetjes met een deksel dat als koekepannetje dienst kan doen, een bord, een beker en bestek, en een spaan, en je bent klaar. Aluminium pannetjes mogen niet gebruikt worden voor eten waarin zuren zitten (en branden bovendien erg makkelijk aan).

Er zijn steeds vaker pannetjes met tefallaag te krijgen: ideaal (maar doe er een stukje keukenpapier tussen als je ze in je koffer stopt: de tefallaag kan anders gemakkelijk beschadigen onderweg). En benzinebranders branden zo heet dat de laag tefal al gauw beschadigd is.
Roestvrijstalen pannetjes zijn tamelijk fool-proof. En: vergeet de lucifers niet!

 

Je motor op de camping

Het belangrijkste is: zet je motor altijd ergens aan vast, met een goed kettingslot. Twee motoren aan elkaar vastzetten is ook een prima oplossing.
Die regel is extra belangrijk wanneer je je motor niet bij je tent mag zetten.

Neem een plankje mee, of een plastic "schoteltje" dat speciaal voor dit doel in motorzaken wordt verkocht, om onder je zijstandaard te zetten als het terrein drassig is.
Op echt drassig terrein kun je je motor ook, zoals hier op de foto, met het stuur tegen een boom aan laten leunen. Aan de boom vastzetten is dan alleen niet meer mogelijk!

Zet je motor *nooit* zo dicht bij je tent dat hij bovenop je zou kunnen vallen als hij omvalt! We zijn één keer 's nachts wakker geworden van een *plof* geluid: het was gaan regenen, en de zijstandaard was zo diep weggezakt dat de motor omviel. Gelukkig niet bovenop de tent...

 

Hoe vind je leuke plekjes?

Er zijn veel manieren om een leuk plekje te vinden: van tevoren uitzoeken en reserveren, een campingbordje volgen als het tijd wordt iets op te zoeken, of een plekje in de vrije natuur opzoeken.

Motorcamping?

Er bestaan motorcampings. Op die campings worden alleen motorrijders toegelaten. In de praktijk betekent dat vooral *groepen* motorrijders, met bijbehorend gefeest en lawaai.
Dat is natuurlijk prima als je dat leuk vindt, maar het is wel beter dat je voorbereid bent op nachten zonder veel slaap.

"Gewone" campings zullen eigenlijk nooit motorrijders weigeren. Er zijn wel campings die, vanwege dat lawaaiprobleem, *groepen* motorrijders weigeren. Als je met een grote groep op stap gaat kun je dus het beste een motorcamping opzoeken, of van te voren vragen of je welkom bent.

Motorbladen geven af en toe overzichten uit van motorcampings, maar het gemakkelijkst vind je ze door "motorcamping" in google in te voeren.

Reserveren?

Als je in het hoogseizoen ergens aan de kust wilt zitten, zul je, zeker in de bekende toeristengebieden, een plaatsje moeten reserveren. Zolang je daar buiten blijft is het niet nodig.

Leuke campings

Een algemeen recept voor het vinden van een leuk plekje bestaat natuurlijk niet. Het verschilt ook enorm per land.
Frankrijk is echt een kampeerland, met heel veel campings. Heel veel plaatsjes hebben hun "Camping municipal", en dat zijn vaak hele goedkope plekken, vaak prachtig gelegen, en niet druk. Je zult er niet gauw uitgebreide voorzieningen vinden, als restaurants of golfslagbaden, maar schone wc's en douches zijn er vrijwel altijd.

De meeste motorrijders zullen liever niet tussen de caravans en bungalowtenten staan. Campings met niet te veel voorzieningen zijn daarom aantrekkelijk. De ANWB heeft ook gidsjes met "kleine campings".

Van tevoren thuis een camping uitzoeken heeft als voordeel dat je weet waar je aan toe bent, maar het doet natuurlijk wel weer een beetje afbreuk aan het gevoel van vrijheid.

In Scandinavië geldt het allemansrecht, en dat houdt onder andere in dat je in principe overal mag kamperen, tenzij dat verboden is. Dat geldt niet voor iemands achtertuin!
Vrij kamperen is handig als je een wandelvakantie houdt: je loopt dan langs routes waar je geschikte plekjes kunt vinden. Op de motor is het lastiger: je rijdt (over het algemeen) over de weg (leuke plekjes liggen van de weg af), en in een tempo waardoor het lastig is om een geschikt plekje te herkennen. Mocht je iets vinden, waar dan ook: als er een eventuele eigenaar in de buurt is, probeer dan toestemming te vragen, allemansrecht of niet.

Zoeken

Of je gemakkelijk ter plekke een camping kunt zoeken, en hoe lang van tevoren je daarmee moet beginnen, hangt af van de campingdichtheid van een gebied. Dat verschilt enorm per land (en dan ook nog eens per streek).
Frankrijk is een echt kampeerland: daar kun je ervan verzekerd zijn dat je binnen een uur een leuke camping hebt gevonden (en meestal eerder). In andere landen is dat problematischer.
Soms ligt dat aan het feit dat overnachten in een hotelletje zo goedkoop is (overnachten op een camping is dan meestal nog goedkoper). Soms ligt het er aan dat je in een uitgestrekt, dunbevolkt land bent (Noorwegen, Zweden). En soms zit je juist in een dichtbevolkt gebied met weinig campings die dan ook nog eens hutje-mutjevol zijn (Italië).

Een campinggids biedt dan uitkomst, maar vaak vind je daarin weer alleen de grotere campings, en niet de allerleukste. Van te voren bij het verkeersbureau van het desbetreffende land informeren kan ook allerlei informatie opleveren.

Stoppen

Een gevaar bij het ter plekke zoeken van een camping, is dat je vaak begint te zoeken op het moment dat het eigenlijk al echt nodig is: als je moe begint te worden.
Als je moe bent is het lastiger om beslissingen te nemen. Je zult merken dat je heel gemakkelijk campings voorbijrijdt, denkend: "Het zal toch wel niks zijn."

Neem je gewoon voor om, wanneer je hebt besloten te gaan zoeken, bij elke camping die je tegenkomt te stoppen. Vaak ziet het er dan toch veel leuker uit dan je tijdens het voorbijrijden denkt te zien. En je komt even van je motor af, rust een beetje uit, en bent beter in staat om bij de volgende camping een beslissing te nemen, als zo'n camping echt niets is.

 

Commentaar, FAQ, op een aparte pagina

 

Zoeken op deze site